60. Moeilijk maar rendabel

Er zijn stootbeelden die uitnodigen om er wat langer over na te denken. Een directe trekstoot van twee naar drie is ook mogelijk. Het bijkomen van de tweede bal naar de hoek bij de derde bal is bij deze aanpak moeilijk te realiseren. De aangegeven speelwijze is goed te doen, als de aanspeelbal op eenvierde vol (mikpunt ligt 1,5 cm buiten de aanspeelbal) wordt aangespeeld. De aanspeelbal wijkt na contact met de stootbal 30 graden uit en retourneert langs de lange band naar de hoek bij de derde bal.

De stootbal steekt schuin over naar de tegenover liggende lange band. De stootbal moet iets over de helft van de afstand kaatsen op de lange band. Bij het verend contact met de tegenover liggende tweede lange band veroorzaakt het meegegeven effect op de stootbal enige beperking in de uitwijking van de stootbal.

Het vereist wel enige oefening om het tempo zo te controleren dat beide ballen samenkomen in de hoek. Bij een juist tempo zal de stootbal iets eerder arriveren bij de derde bal dan de wat later aanrollende aanspeelbal. In voorkomende situaties kunt U deze aanpak ook toepassen op andere plaatsen langs de band.

Veel plezier met het inoefenen van dit stootbeeld.

Met biljartgroet, Cas Juffermans

Ter aanvulling nog een aardige verzamelstoot om te trainen.
Speel bal 2 voor 1/4 rechts aan en geef wat roleffect mee door de speelbal iets boven de hartlijn af te stoten. Geen zij-effect meegeven.